Ik ben in de zomer van 1954 in Kerdijk geweest en was toen 8 jaar oud Ik heb het over het algemeen best naar mijn zin gehad, alleen het 's middags rusten onder een paardedeken op de rotan banken was voor mij een ramp. Anderhalf uur met je ogen dicht blijven liggen, anders kreeg je een flinke por van de leidster die toezicht hield op het slapen. Het blauwe pakje dat we droegen was een soort hansop met onder de rechter broekspijp een zakje voor je zakdoek. Het was er behoorlijk streng, ik dronk een keer kraanwater (en dat mocht niet) en werd gepakt door een leidster die een velletje van mijn bovenarm pakte en omdraaide, zodat ik een week lang met een forse blauwe plek liep. Ik sliep helemaal boven met 8 jongens op een kleine slaapzaal en ging 's nachts naar het toilet voor de grote boodschap ( dan had je meer papier) Eigenlijk mocht dat niet en ben 1X gepakt, maar ja, toen was ik al klaar. We moesten zelf ons bed opmaken en de lakens moesten zo strak zijn dat er geen enkel vouwtje of rimpeltje mocht inzitten. Het werd eerst gekeurd door de leidster, voordat de deken er overheen mocht. Op het strand stonden toen nog bunkers waar we in speelden. Het eten is voor mij nooit een probleem geweest. De strandopgang is nu verplaatst, bij de strandopgang stond een huis met het opschrift "de Verre kijker" Tegenover het huis was een duinpan waar we soms 's avonds ook nog wel even mochten spelen voordat we naar bed gingen. Bij het huis was een schuur waar we schepjes kregen uitgedeeld als we naar het strand gingen. Ik ben in deze 6 weken 1x met een groep in zee geweest aan de hand van een leidster. De namen van de leidsters weet ik niet meer. Ik weet nog wel dat er bij Egmond aan Zee in mijn tijd 's avonds een passagiersvliegtuig in zee is gestort en we in het donker bij de opgang naar het strand (met de leidsters erbij) hebben staan kijken of we wat zagen, maar zagen niks bijzonders. Veel meer weet ik mij niet meer te herinneren. Enkele namen van de kinderen waren: Walter de Geus, Bennie Krikken, Leen van der Kruk, Rinie van Schellingenhout en mijn vriendinnetje Beppie. Jan van Wagensveld |