Lieve, lieve Daisy,
De zon komt op de vogels fluiten de bloemen zien er schitt'rend uit de nieuwe dag ruikt als een baby fris gewassen, lachend en vol verwachting mensen worden wakker onnadenkend leven zij de dag foeteren op het weer en de file hebben geen zin in dit en in dat en de dag komt tot bloei en bijna niemand ziet nog de pracht de wind, de regen, de zon, de onmogelijk mooie kleuren en langzaam gaat de dag weer over in de mysterieuze nacht de vogels worden stil ook de bloemen gaan nu slapen en ook jouw ouders en broertje, lieve Daisy, volgen dit ritme van dag en nacht, van licht en donker, en weten als geen ander dat leven een geschenk is, een kwetsbaar geschenk, zo broos, zo teer, zo mooi, zo lelijk, zo lief, zo hard, zo zwart, zo wit, zo kleurrijk en zij weten, nee, zij voelen dat jij dít leven niet meer samen met hun leeft, althans niet in de dimensie die wij, simpele zielen, kennen en de pijn is er iedere seconde van hun leven, lieve Daisy, omdat ze jou dit leven zo hadden gegund en dit leven met jou hadden willen leven. Ach, lief meisje, waarom toch? Je wordt zo waanzinnig gemist. Er zijn nu slechts dromen over 14 mei, als je 19 zou zijn geworden. Dromen, denken, raden naar hoe het geweest zou zijn, als ...... Het is om gek van te worden Het blijft bij dromen en bij wreed en levenslang missen en vooral bij eindeloze, schitterende liefde. Ach, meisje toch......
|